Een pop laten bewegen

Een pop komt pas tot leven als ze beweegt. Door ‘beweging’ trekt ze de aandacht van de toeschouwer en houdt ze die aandacht vast.

Goed spelen = goed bewegen !!!

  • Basisregel: zoveel mogelijk natuurlijk bewegen. Observeren is hier een perfect hulpmiddel. De bewegingen die poppen maken halen we uit de werkelijkheid. Met een pop trachten we ze getrouw mogelijk te ‘verbeelden’. Oefenen voor een spiegel verkort het leerproces.
  • We zorgen ervoor dat de pop mooi en soepel loopt. Als de pop loopt, lopen we zelf mee, zoniet gaat de pop alsmaar schuiner lopen. Als we zelf kleine pasjes maken, gaat de pop lichtjes op en neer. Maken we daarbij nog een sobere schommelbeweging dan wordt de stapillusie optimaal.
  • Elke pop heeft een eigen karakter. Dat moet ook in haar bewegingen tot uiting komen. Zo zal een oude man voorzichtig en gebogen lopen en een kwajongen huppelt dan weer heen en weer.
  • De sprekende pop beweegt zeer duidelijk op het ritme van de tekst. Door het spreken van de pop met bewegingen te onderlijnen, kunnen kinderen weten wie aan het woord is en kunnen ze gemakkelijker de verhaallijn volgen.
  • Poppen komen niet uit de grond. Ze komen links of rechts van het decor op en gaan ook links en rechts af.
  • Hou poppen rechtop en op dezelfde hoogte. Zo krijgen ze een sprekende houding en eenzelfde logische grootte.
  • Laat het gezicht duidelijk zien. Hou er rekening mee dat je publiek misschien lager zit. De positie van het hoofd is dus van groot belang. Daarbij geeft de neus de kijkrichting aan. De stand van de neus is dus zeer belangrijk. Controleren door eens voor de spiegel te spelen helpt geweldig.
  • Gebruik de eigenschappen van de pop in het spel. Vb een pop met een heel mooie staart…
  • Zorg dat er voldoende contrast is tussen de pop en de omgeving zodat ze duidelijk zichtbaar is.