6. De preoperatieve ruimte en anesthesie

U wordt in uw ziekenhuisbed naar de operatiezaal gebracht.

Film: Vervoer naar de operatiezaal

https://www.youtube.com/watch?v=vZuQ8tQBjNM

  • In de preoperatieve ruimte zal een anesthesist de verdoving met u bespreken. Normaal wordt er gekozen voor een ruggenprik, bij contra-indicaties of bij persoonlijke voorkeur kan er overwogen worden om voor een volledige verdoving te gaan. Bij de ruggenprik is het eveneens mogelijk om via het infuus een slaapmiddel ingespoten te krijgen, waardoor u rustig slaapt en de ingreep niet meemaakt.

Indien u nu reeds meer informatie wenst over de ruggenprik, klik dan

HIER

Ruggenprik

ruggenprik

https://www.youtube.com/watch?v=7cIPOVTJhMs

Deze vorm van verdoving heeft als doel uw onderste ledematen te laten slapen. Deze wordt in de preoperatieve ruimte geprikt.

Er wordt u gevraagd om een gekromde rug te maken. De anesthesist zal uw huid plaatselijk verdoven. Vervolgens prikt hij uw rug aan en zal, eens hij de correcte plaats heeft gevonden, een verdovend middel inspuiten. Bijna meteen zult u een warm gevoel ervaren in uw onderste ledematen.

Vervolgens worden enkele kabels aangeschakeld die in verbinding staan met monitoren. Deze zorgen ervoor dat uw parameters (bloeddruk, hartslag, …) kunnen gecontroleerd worden.

Indien u nu reeds meer informatie wenst over de algemene verdoving, klik dan

HIER

Algemene verdoving

Bij een algemene verdoving krijgt u via uw infuus drie verschillende stoffen ingespoten die meteen in de bloedbaan worden opgenomen.

  • Slaapmiddel ⇨ Zorgt voor bewustzijnsverlies tijdens de ingreep.
  • Sterke pijnstiller ⇨ Zorgt ervoor dat u geen pijn voelt tijdens de ingreep.
  • Spierverslapper ⇨ Zorgt ervoor dat uw spieren soepel zijn tijdens de ingreep.
    Deze spierverslapper werkt eveneens op uw ademhalingsspieren, deze zorgt ervoor dat uw ademhaling ondersteund zal moeten worden. Dit gebeurt via een intubatie. U krijgt een plastic buis in uw keel geplaatst. U merkt hier niets van doordat dit gebeurt wanneer u reeds buiten bewustzijn bent. De tube wordt aan een beademingstoestel aangeschakeld. Dat toestel houdt uw ademhaling nauwgezet in de gaten en zorgt ervoor dat er lucht in uw longen wordt geblazen.

Gedurende de volledige ingreep zal de anesthesist zorgen voor uw verdoving. Hij zorgt ervoor dat u zonder problemen de ingreep doorstaat en dat u gemakkelijk ontwaakt.

Vorige  Volgende