Kenmerken en aanpak

Kenmerken en aanpak

Verkenning

  • Voor wie is de tekst bedoeld?

Een fantasietekst kan voor kinderen bedoeld zijn, maar ook voor volwassenen. Wat primeert is de bedoeling van de tekst: zowel een verhaal, een gedicht als een thriller hebben de bedoeling de lezer mee te nemen in een wereld die meeslepend is, die via de fantasie de lezer op de een of andere manier raakt.

  • Welke soort tekst wordt het?

Voor het creatief schrijven is het van belang te weten welk genre je graag zelf leest: hou je meer van sprookjes of wordt het een spannend verhaal? Je kan je inspiratie halen in de filmwereld of in verhalen die je zelf graag leest.

  • Wat wil de lezer te weten komen?

De lezer wil even meegenomen worden in de wereld van de schrijver.

Inhoud zoeken

Voor het creatief schrijfproces is het anders dan voor de zakelijke teksten. Je vertrekt van het standpunt dat je eigenlijk geen keuzes moet maken, behalve de keuze voor het genre.

Zodra je weet wat voor genre je wil schrijven, kan je eerst enkele voorbeelden bekijken. Ofwel ga je dus speurneuzen in dichtbundels of sprookjesboeken, ofwel denk je aan je favoriete filmgenre. In alle gevallen probeer je te analyseren hoe het genre is opgebouwd.

Er zijn nogal wat technieken om de inhoud te zoeken: associatie vanuit improvisatie, muziek, beelden … Je kan ook kijken, luisteren, voelen, proeven, lezen om gegevens te verzamelen. Als je iets zintuigelijk waarneemt, geef je het een naam om over te schrijven. Je kan ook W- en hoe-vragen stellen.

Belangrijk is om je verhaal op te hangen aan een goed thema of enkele zorgvuldig gekozen personages.

Informatie ordenen

Hoewel de vrije associatie de basis vormt van het creatief schrijven, is het volgen van een structuur toch van belang om het creatief schrijven tot een goed einde te brengen.

Je kan voor die structuur je baseren op een bestaand genre en stapsgewijs de orde ervan volgen.

Enkele mogelijkheden:

  • Je vertrekt vanuit enkele personages die je een vol karakter geeft door hen een voornaam, familienaam, hobby, zenuwtrek en omgeving te geven. Je kan hiervoor starten bij een voornaam of een foto als inspiratiebron.
  • Je vertrekt vanuit een vaste verhaalstructuur: abdes.
    A: een aanvang waarin de personages en hun omgeving geschetst worden.
    B: een breuk: iets verstoort de rust, een probleem dat de harmonie uit zijn evenwicht schudt.
    D: een dynamiek van gebeurtenissen zorgt ervoor dat er heel wat avonturen op gang komen om het evenwicht te herstellen.
    E: het evenwicht komt door een misschien onverwachte tussenkomst van een held?
    S: het slot waar de harmonie echt ‘lang en gelukkig’ kan zijn.
  • Je vertrekt van een bestaand gedicht waar je een strofe bij verzint of vervangt.
  • Je gebruikt een bestaande melodie waarop je woorden ritmisch moeten passen.

Uitschrijven

Je schrijft uit volgens het plan dat je hebt gekozen. Je probeert tijdens het schrijven op spelling en vaste vorm te letten. Nieuwe creatieve ideeën zijn tijdens het uitschrijven toegestaan, op voorwaarde dat ze passen in de door jou gekozen vorm.

Controle

Laat je tekst even liggen en lees hem opnieuw. Leest het vlot? Gebruik de checklist om te kijken waar je op moet letten als je een tekst opnieuw leest. Laat , indien mogelijk, door iemand anders lezen. Wat niet duidelijk is, zal je misschien anders moeten formuleren. Spelfouten moeten er in elk geval uit. Als je tips krijgt over inhoud en vorm, mag je zelf kiezen wat je ermee doet. Jouw creatieve geest is immers de baas …